1318 Comparanten verklaren schuldig te zijn aan Gerrit Beijerink een bedrag van f.1000,- tegen 5% jaars. Als onderpand stellen zij hun huis met hooiberg en het erf Oostermate, gelegen in Genemuiden, groot ca. 37 morgen groot. Het laatste perceel is tevens onderpand voor een vroegere lening van f1000,- en een lening voor het zelfde bedrag t.b.v. de minderjarige kinderen van wijlen Hendrik Kamphof en Hermpje Werners.

1320 Comparant verklaart zijn goedkeuring te geven aan de staat der nalatenschap van zijn moeder Alida Elizabeth van Goutum(?), echtgenote van zijn vader Jacobus Thooft, die als echtgenoot en voogd de nalatenschap heeft beheerd.

1321 Comparant verklaart schuldig te zijn aan Aleida van Diepen een bedrag van f.100,- tegen 5% jaars. Als onderpand geldt zijn huis en erf staande aan de Geerstraat en zijn huis in dezelfde straat nummer 333.

1322 Comparant, gemachtigde van de erven van mr. Willem Jan Nessink, verklaart openbaar te willen verkopen uit genoemde nalatenschap: een vijfde gedeelte van het Wobbenslag in de polder van Dronthen, een kamp in Bartholt Twentsland buitendijks in de polder van Dronten, een akte van vestenis groot f300,- tegen 5% en een akte van vestenis groot f800,- tegen 4½%. De voorwaarden worden opgesteld.Inschrijvingen met naam en bedrag.Bijgevoegd: akte van volmacht voor comparant.