2268 Testatrice benoemt tot haar enige erfgenaam haar man Willem Hemsing; mocht haar vader, Willem Leendertz, nog in leven zijn, dan ontvangt hij zijn legitieme portie.Indien er kinderen zijn, dan legateert zij aan haar echtgenoot het vruchtgebruik van de helft van haar goederen.Indien testatrice kinderloos mocht overlijden na haar echtgenoot, dan vermaakt zij de helft van haar bezit aan haar vader en de andere helft aan haar broer en zusters.

2267 Testateur verklaart tot zijn enige erfgename te benoemen zijn vrouw Florentine Sophia Leendertz, maar zijn moeder, Kunera Webbina Heshusius, weduwe van Abraham Hemsing, heeft recht op haar legitieme portie. Mocht testator kinderen nalaten, dan ontvangt zijn vrouw levenslang het vruchtgebruik van de helft van de nalatenschap. Indien testator overlijdt na zijn echtgenote en er geen kinderen zijn, is één deel van de nalatenschap bestemd voor zijn moeder, broeder en zusters en de andere helft voor de vader, broeders en zusters van zijn echtgenote.

2265 -

2258 Testateur verklaart te legateren aan zijn neef Jan Albertus Tebbetman een bedrag van f.2000,-; aan de Administratie van de Algemene Onderstand te Kampen een bedrag van f.1000,-; aan zijn dienstmaagd Heintje Straatman een bedrag van f.300,- en het volle jaar huur. De legaten zullen pas drie maanden na het overlijden van testator worden uitgekeerd.Tot erfgenamen benoemt hij de kinderen van zijn overleden broer Albertus Tebbetman en Bastiana Reijnders, te weten Johanna Josiena Tebbetman, Charlotta Maria Tebbetman, gehuwd met Kornelis Kooiman, Jan Albertus Tebbetman en Levina Catharina Tebbetman, echtgenote van Gerrit Willem Rijks. Het aandeel van Johanna Josiena Tebbetman zal voorlopig worden beheerd door Kornelis Kooiman en Gerrit Willem Rijks.