0015 Jan Lamberts van Dalfsen, in zijn kwaliteit van diaken van de Gereformeerde Gemeente te Genemuiden, verklaart op 22 november 1809 verkocht te hebben aan Assen Jager en echtgenote J. ten Oostens het genoemde onroerend goed voor een bedrag van f.210.-.

0014 Assien Jager verklaart, namens zijn vrouw Jantje Oosten, op 23 augustus 1811 verkocht te hebben aan Berend Wolters Eenkoorn en echtgenote Geergien Gerrits het genoemde onroerend goed voor een bedrag van f.250.-, dat in 5 termijnen zal worden betaald.

0013 C. van der Helm verklaart op 1 mei 1810 verkocht te hebben aan Klaas Albert Bakker en Hendrikje Coops Mulder het genoemde onroerend goed voor een bedrag van f.150.-.

0012 Richardus van Romunde en Walburga Muurlink verklaren op 1 augustus 1811 verkocht te hebben aan Aleida Chatarina de Greeve het genoemde onroerend goed voor een bedrag van f.3500.-. Een gedeelte van de koopsom blijft als hypotheek op het onroerend goed gevestigd tegen een rente van 5 procent per jaar.