1484 Verkoper verklaart verkocht te hebben aan Willem Lodewijk van der Upwich zijn aandeel in het Ingen en Losen Slag voor een bedrag van f.100.-.

1486 Testateur verklaart zijn echtgenote Gerrediena Boele tot zijn enige en universele erfgename te benoemen; mochten er kinderen geboren worden, dan gelden de wettige regels, waarbij zijn echtgenote zal bepalen welk deel zij in vruchtgebruik of eigendom zal bezitten.

1487 Testatrice verklaart haar echtgenoot tot haar erfgenaam te benoemen; mochten er kinderen geboren worden, dan gelden de wettelijke regels, waarbij hij zelf zal bepalen welk deel hij in eigendom of in vruchtgebruik zal ontvangen.

1488 Willem Goede verklaart een volmacht te verstrekken aan G. de Raadt, koopman te Batavia, om namens hem een som van f.5108.- te vorderen van de Heer Reijnst uit Batavia, als echtgenoot van L. M. Sperling, eerder weduwe van Jeremias Otto Caulier, wegens kost, inwoning en onderwijs, enz ten behoeve van haar zoon Daniel Lodewijk Caulier over de periode van augustus 1811 tot zijn vertrek in 1814.