3709 M.M. Zendijk verstrekt een hypothecaire geldlening van ƒ 300 aan J. Rijchen en zijn echtgenote op onderpand van een huis, erf en where in de Geerstraat, dat aan de schuldenares voor eenzesde is opgekomen uit de nalatenschap van wijlen haar vader Jan Coenraad Berk en samen met haar moeder Dirkje Baaij , broer Frederik Berk[timmerman] en zus Clasina Berk[ gehuwd met metselaar Jsaak Jollie] onverdeeld bezeten wordt. De verwanten verklaren dat het perceel sinds 1793 nog bezwaard is met ƒ 250 ten behoeve van Christina Ekker, weduwe van Marten Rijchen.Het perceel zal bij een solide brandwaarborgmaatschappij verzekerd worden gehouden.